Harzreise
Door: Cees Sleven
Blijf op de hoogte en volg Cees
27 September 2017 | Duitsland, Clausthal-Zellerfeld
Wo die frommen Hütten stehen,
Wo die Brust sich frei erschlieszet,
Und die freien Lüfte wehen.
Auf die Berge will ich steigen,
Wo die dunklen Tannen ragen,
Bäche rauschen, Vögel singen'
Und die stolzen Wolken jagen."
Heinrich Heine (Aus der Harzreise, 1824)
Langzaam maar onherroepelijk trekt de invallende duisternis alle kleur en contrast uit de mij omringende natuur, al wat overblijft zijn inktzwarte silhouetten tegen de laatste oplichtende strepen in de avondlucht. Ik staar ernaar vanuit mijn nieuwe onderkomen in de Harz waar ik vandaag ben neergestreken op weg naar de stad Quedlinburg die ik morgen ga bezoeken. Deze woensdag dus een verplaatsing van zo'n 90 km naar het oosten, niet opnieuw gelijk naar de grote stad, maar gekozen voor een onderkomen halverwege, midden in de natuur, omringd door de heuvels van de Hochharz die donkere dennenbossen op hun toppen dragen. Vanaf mijn balkon kijk ik naar dit wegstervend beeld en voel een huivering. Wanneer ik de deur sluit omarmt mij een gevoel van geborgenheid en tevredenheid over mijn keuze. De rit hiernaar toe was grijs en mistig waardoor de contouren van het middelgebergte zich nog schuil konden houden, maar na de middag, wanneer de zon resoluut afrekent met de laatste nevelflarden, ontvouwt zich het fraaist denkbare herfstlandschap. En toch kies ervoor ondergronds te gaan om een lang vervlogen wereld te betreden die zo'n stempel heeft gedrukt op deze streek: ik bezoek het Oberharzer Bergwerkmuseum in Clausthal-Zellerfeld dat dit jaar precies 125 jaar bestaat. Ik maak een reis in de tijd van honderden jaren mijnbouw, de zoektocht naar het zilverhoudend erts die zo van invloed is geweest op de levens- en arbeidsomstandigheden van de Oberharzer bevolking en die zulke diepe sporen heeft nagelaten in de steden en in het landschap.
Het museum is fantastisch. Ik zie armoede, ziekte, kinderarbeid, maar ook vooruitgang, het gebruik van nieuwe, baanbrekende technieken en hoe dit alles toendertijd is vastgelegd. Ik smul van het zeldzame foto- en filmmateriaal uit het begin van de vorige eeuw en de prachtige schaalmodellen die het werken onder de grond duidelijk verklaren. Ik loop door de rijk ingerichte vertrekken van de toenmalige hoge heren, langs hun geschilderde hautaine portretten. En dit alles in een karakteristiek houten pand dat zo kenmerkend is voor deze streek. En ik ben hier wederom de enige bezoeker, reden voor de dame van de kaartjes om achter haar balie vandaan te komen om mij persoonlijk naar het begin van de museumroute te brengen. Ze vraagt waar ik vandaan kom. "Aus Holland? O, dat land zonder bergen, maar wel met heel veel water", vult ze aan en vertelt mij omstandig over de meer dan 70 "Teichen" in deze omgeving, kunstmatige meren en meertjes, die door hun verschillende hoogteligging zorgden voor de benodigde waterkracht om de mijnbouwmachines in beweging te zetten: Liften om af te dalen, machines om het erts te verbrijzelen, om water te verplaatsen en om electriciteit op te wekken voor de ondergrondse treintjes. Nu liggen die "Teichen" er meestal werkeloos bij en wanneer ik later op de middag aan de oever van de Hasenbacher Teich sta verbaas ik mij over de natuurlijke schoonheid van het spiegelende water in dit herfstig decor van kleurende heuvels en opbollende regenwolken.
Eenmaal geïnstalleerd op mijn kamer (Gästehaus "Tannenhof", heeft veel weg van een Oostenrijks chalet) val ik op de bank spontaan in slaap om wakker te schrikken ver in etenstijd. Het kleine restaurant is een waar schnitzelparadijs en als ik, na het betalen van de rekening het wisselgeld in mijn zak wil steken, voel ik daar twee steentjes: kwartsiet met een laagje kopererts, helder wit met groen-bruin. Zelf gedolven of beter gezegd: zelf opgeraapt in de bovenwereld, in dat fraaie landschap dat nu die bewogen mijnbouwgeschiedenis bedekt...
-
28 September 2017 - 08:07
Paul Lans:
Cees,
Bedankt dat je ons weer meeneemt in je avonturen in de Hochharz. Als ik de tekst met half gesloten ogen, zodat ik nog net de tekst kan lezen, waan ik me vlak naast je en kan ik de sfeer haast proeven. Prachtig verhaal!
Groetjes,
Paulus -
28 September 2017 - 18:15
Greet:
Wat een mooie beschrijving van je tocht,zo sfeervol.
Dat is mijn ultieme herfst gevoel.
Geniet nog even verder.
In gedachten reis ik mee.
Groetjes Greet -
29 September 2017 - 23:48
Job Cieraad:
De twee steentjes worden na het lezen van dit briljant geschreven verhaal ineens groeidiamanten! En wat is de herfst toch een heerlijke jaargetijde! Door de beeldende schrijfwijze weet Cees de sfeer van de Herfst al op te roepen, terwijl de natuur nog net iets achterloopt met dat gevoel! Zodra ik de eerste dagelijkse zinnen achter de rug heb, waan ik mij al weer bij Cees aan een tafeltje met een rood portje zo rond een uur of zes om even te mijmeren van 'waar ben ik nu en met wie eigenlijk'...
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley